1600: Belangrijke gebeurtenissen
Genoeg van de stinkende grachten.
Toen in de 17e eeuw de republiek Nederland een enorm grote groei zowel op economisch als op cultureel vlak doormaakte, ontvluchtten veel welgestelde Amsterdammers de stad. Dit kwam vooral omdat de grachten wel riolen leken en met name in de zomer de stank bijna niet te verdragen was. Diegene die het zich konden veroorloven, trokken zich terug op een buitenplaats. In die tijd ‘rust-plaetse’ genoemd. Een ‘rust-plaetse’ bestond meestal uit een aantal vaste onderdelen, namelijk: een landhuis met sier- en/ of moestuinen, een boomgaard, een koetshuis met stallen, schuren, een orangerie en een boerderij. Favoriete streken voor ‘rust-plaetse’ waren gelegen aan wateren zoals de Vecht en de Amstel of nabij heuvelachtige landschappen zoals het Gooi of Kennemerland. Met name de streek rond Haarlem, Velsen, Zandvoort en Santpoort was populair bij de gefortuneerde Amsterdammers. Ook Landgoed Duin en Berg met het aangrenzende Landgoed Kruidberg waren erg in trek.